Het perspectief 3 – hoe ga je in en uit een hoofd?

Tureluurster/ maart 4, 2020/ Schrijftips/ 10 commentaren

Perspectief 3 – Terug naar Jan, Marie en de Griezel met de snor…

We gingen dit verhaal schrijven vanuit het standpunt van Marie – met de verteller (als een kabouter) op haar schouder. HOE doet die kabouter dat?
Diepe zucht (onhoorbaar op het scherm)
Wie goed wil schrijven, moet de regels kennen, en … mag ze daarna weer negeren. D
at levert kunst op.
Het weerhaakje? Sla je stap één over, en negeer je regels die je niet kent of beheerst, dan komt er hoofdzakelijk bullshit op het papier.
...(Verder lezen is dus niet onbelangrijk.)

In het geval van Marie start de verteller van op haar schouder. Hij spreekt OVER haar. Wil je (als schrijver) Marie’s gedachten en innerlijk weergeven, dan moet je de verteller opsluiten in haar hoofd, en hem laten spreken VAN UIT haar.
Dat levert een fundamenteel verschil op. Taalkundig en inhoudelijk.
Verduidelijking nodig?
Vertelt je moeder iets over jou, dan klinkt dat totaal anders dan wanneer jij zelf je verhaal doet.
Duidelijk genoeg?

WANNEER stop je die kabouter in Marie’s hoofd.
Tja… Hoeveel keer per dag/maand/jaar… neem jij je levensloop en je geschiedenis onder de loep? Zomaar voor jezelf?
Niet zo vaak, denk ik. Je hebt vast wel wat beters te doen. Laat dus ook je personage niet om de haverklap zichzelf gaan heruitvinden. Heb je in Marie’s verhaal nood aan informatie over vroeger, en wil je die informatie vanuit haar hoofd weergeven, werk dan met ‘flitsen’.
Dringt een uitgebreide voorgeschiedenis zich op, dan moet je de verteller inschakelen. Maar… om het met de woorden van Stephen King te zeggen: “De belangrijkste dingen om te onthouden over het achtergrondverhaal zijn dat (a) iedereen een geschiedenis heeft en (b) het meeste niet erg interessant is.”

WAT is het vormelijke verschil tussen een vertelstem en een kopstem?
Stel… Marie ligt vastgeketend aan de radiator en ze is bang. De laatste maanden ging het niet zo goed tussen haar en Jan. Ze betwijfelt of hij haar zal willen redden.
Blijf je in het hoofd van Marie, dan kan je die afgelopen maanden NIET de revue laat passeren. Je kan hoogstens wat hints geven. Attentie!!! Vanuit het hoofd van Marie kan je NOOIT de naam Marie gebruiken. Dat voelt net zo scheef aan als wanneer ik het in een verhaal over mezelf over Ingrid zou hebben in plaats van over “ik”.
Ik geef een voorbeeld:
Marie trok haar knieën op. Zou Jan het hebben gesnapt? Sinds die uitschuiver op Pasen hadden ze nauwelijks met elkaar gepraat.
De uitleg over wat er precies is gebeurd, kan je vanuit haar hoofd niet geven. Dat zal geforceerd aanvoelen.

Lanceer je de verteller (omdat je de voorgeschiedenis absoluut wil vermelden), dan moet je het anders aanpakken: ruimer, objectiever, meer verhalend.
Ik geef een voorbeeld:
Ze trok haar knieën op en ademde diep in en uit. Panikeren had geen zin. 
De laatste maanden was het huwelijk van Marie en Jan min of meer naar de bliksem gegaan – al had geen van hen dat ooit uitgesproken (Hier kan dan een hele uitleg volgen).

Wat is er veranderd?
Na ‘panikeren heeft geen zin’ begin je een nieuwe regel – om aan te tonen dat je een perspectiefwissel doorvoert. In de zin daarna gebruik je NIET ‘zij en Jan’, maar WÉL ‘Marie en Jan’. Op die manier maak je duidelijk dat de verteller aan het woord is. 

Hier houd ik het (voorlopig) bij. Laat het bezinken, pas het toe, stuur een blogberichtje als je meer uitleg wil.
Nee, geen Facebook-bericht. Ik beantwoord enkel wat binnenkomt via mijn blog.
En… ik ben al jaren jaloers op bloggers met miljoenen volgers. Beschouw dit gerust als een HINT!

 

 

Deel dit bericht

  1. Die schouder bevalt me toch beter dan zo’n allesweter met Goddelijke allures.. Ik laat het me hoe dan ook graag door je uitleggen, Ingrid!

    1. Als je vragen hebt, laat maar komen, Wilma.
      De camera op de schouder van Judith… het zal wel wat aanpassingen vergen, ik hoop dat je je daar intussen van bewust bent…

  2. Voor een beginner blijft het een moeilijk geval dat perspectief, dat inzoomen en weer uitzoomen, dat wisselen. De theorie lijkt simpel, maar ze goed toepassen is andere koek. Een fout is zo rap gebeurd. En van de groten wordt het al eens gedoogd, maar niet van een beginner. Wat best oké is.
    Uw post heeft alweer heel wat in gang gezet bij mij (zoals zo vaak). Ik ben opnieuw gaan lezen over POV en perspectief en ‘head-hopping’ en perspectiefwissels en al die dingen.
    Ik zie alweer wat klaarder. En ik weet nu ook dat ik zeker een aparte verbeterronde moet inlassen uitsluitend voor perspectieffouten, na al de rest. Want voor verbetering van spelling, grammatica, structuur, woordenschat kan je je nog laten bijstaan door een computer, maar perspectieffouten corrigeren is uitsluitend de verantwoordelijkheid van de schrijver vrees ik.
    Alweer bedankt Ingrid!

    1. Met plezier geschreven en gedeeld, André. Iets bevattelijk uitleggen is altijd een uitdaging, en daar houd ik van!

  3. Zeer duidelijk voorbeeld! Je voelt ook aan dat de eerste versie vanuit Marie’s hoofd ‘spannender’ is dan de tweede versie waar de verteller de back-story komt uitleggen.

    Wanneer heb je de verteller-uitleg nodig en wanneer niet, altijd een moeilijke vraag 🙂

    1. De verteller als instrument om back-story te geven, heb je – vind ik – niet zo vaak nodig. De verteller als voortstuwer van het verhaal uiteraard wél…

  4. Heel helder, ja! Dat betekent niet dat ik het ook kan toepassen, natuurlijk.. Is er een wezenlijk verschil tussen de verteller op de schouder van een hoofdpersonage en een verteller op grotere afstand?

    1. Hey Wilma, als je met ‘een verteller op grotere afstand’ de alweter bedoelt, dan is er inderdaad een wezenlijk verschil, want deze laatste kan in alle hoofden en hij kan ook makkelijk springen in de tijd. Dat ‘kunnen’ wordt – zeker als het gaat over in diverse hoofden kruipen – ook een beetje moeten, want je lanceert geen alweter om 50 bladzijden bij Marie te blijven en één paragraafje bij Jan of de griezel. De verteller op de schouder van Marie blijft heel de tijd bij haar. Dat wil zeggen dat er over gebeurtenissen waar zij niet bij is, niets kan worden geschreven – behalve via een omweg (dialoog bijvoorbeeld)

  5. Op een simpele en verstaanbare manier heb je deze moeilijke materie uitgelegd Ingrid. En… ik zal je hulp zeker nog kunnen gebruiken! Dank je wel Ingrid.

    1. Het is telkens weer een uitdaging, Chantal, houd ik wel van;-)

Laat een reactie achter bij SofieReactie annuleren