Een ongewenste luchtbel in een zee van kleur
Soms zweef ik. Als ik een brief krijg, bijvoorbeeld, van een verre man die laat weten dat “Mijn zoon, mijn monster” voor hem de schoonste leeservaring was van 2020. Of als ik een berichtje krijg van een dichte buur: “Ja, mens… ben begonnen aan je boek… Hopelijk komt er nog eten op tafel… Super, echt de max!” …Dat houdt me uren in de wolken. Vallen gaat al even makkelijk. …Zoals gisterenmorgen, toen ik het Nieuwsblad opensloeg. “4 interviews van 15 minuten op de alternatieve boekenbeurs, dat is dan 2000 euro.” …Niet lezen, dacht ik. Je gaat vallen, dat weet je. Sla dicht, die krant! …Ik las natuurlijk wél. Stom! Er komt een digitale boekenbeurs, in samenwerking met VRT. Klinkt goed, nietwaar? …Maar… men promoot er enkel de boeken waarvoor betaald wordt. 500 euro voor een kwartier. 33,33333 euro per minuut! Kijk, dan val ik. Hard en diep. …Voor alle duidelijkheid: ik heb een goeie uitgever en een schat van een redacteur, maar… aan de wet van de commercie valt niet te ontkomen. Die mensen zouden wel gek zijn, mochten ze mijn woorden per kwartier gaan betalen. Zou ik zelf ook niet doen.…
Lees verder...