De kronieken van liefde, lust en afzien – Maria – 13

Tureluurster/ januari 24, 2024/ Geen categorie/ 0 commentaren

Maria’s tong wilde niet meer mee. Haar woorden kleefden aan elkaar als gesmolten zuurtjes, en wat ze nog verstaanbaar kon uitbrengen, miste alle logica. ‘Ik bel een taxi,’ zei ik.
‘Ikbe noniek laar.’
‘Andere keer. Je bent zo zat als een Zwitser.’
‘Maaaaaaar…’
Ik liet me niet vermurwen. Tien minuten later stapten we in een zwarte Audi. ‘Eerst de Hoogstraat, dan naar Dendermonde. Mevrouw kent het adres.’ Ik hoopte dat het zo was, want Maria was in slaap gevallen van zodra haar derrière de zetel raakte. ‘Hier.’ Ik gaf hem de fles Grand Marnier die ze in mijn handen had gestopt. ‘Voor na het werk. Wil je haar een arm geven als ze uitstapt? En met haar meegaan tot aan de voordeur? Het zou kunnen dat je zelf de deur moet openen. Mochten er problemen zijn…’ Ik rommelde in mijn handtas en vond nog een smoezelig visitekaartje. ‘Dit is mijn nummer.’ Ik deed er een briefje van twintig bovenop.
‘Komt in orde, dame. Maakt u geen zorgen. Voilà, we zijn er al. Fijne dag nog.’

Mijn ma stond in het portaal te babbelen met Willy, haar lievelingsbuur. Haar wenkbrauwen schoten tot in haar weerborstel toen ze me uit de taxi zag stappen. ‘De lotto gewonnen?’
‘Nee. Lang verhaal.’
‘Ik ga,’ zei Willy. ‘Anders denkt mijn vrouw dat ik verloren ben gelopen.’
‘Hebt gij ze wel allemaal op een rijtje?’ begon mijn ma toen hij weg was. ‘Van Gent naar hier met een taxi? Daar moet ge goed zot voor zijn.’
Ik legde haar uit hoe de vork aan de steel zat. Ze fronste. ‘Die drank, dat deugt niet. Gij zelf hebt toch niet gedronken, mag ik hopen.’
‘Eentje. Een kleintje.’
‘Zeker?’
‘Zeker!’
Ze ging me voor naar de keuken, ging aan tafel zitten. ‘Iets interessants gehoord vandaag?’
‘Ja,’ zei ik, ‘over u. Dat ge stukken leper zijt dan ge laat vermoeden.’ Ik serveerde haar wat Maria had verteld. ‘Klopt het, ma?’
Ze keek me aan, glimlachte – tegelijkertijd triest en triomfantelijk. ‘Ja,’ zei ze toen. ‘Er zijn er wel meer die ik heb geholpen. De wereld zit niet altijd eerlijk in elkaar. Daar wilde ik iets aan doen.’
‘En heb je die trucjes ook voor jezelf gebruikt?’
‘Gaat het een beetje, ja? Waarom zou ik? Wat had ik te verbergen? Niets toch? Ik had gekozen voor uw pa, en ik heb mij aan die keuze gehouden.’ Ze schonk koffie, nam een doosje pralines uit de frigo. ‘De witte zijn voor u, de rest eet ik zelf op.’
‘En stel dat ons pa voor de mannen was geweest, wat zou je dan gedaan hebben?’
‘Hetzelfde als Maria,’ zei ze – zonder er zelfs maar over na te denken. ‘Haar man was een bedrieger, en bedriegers moeten bedrogen worden.’

Een kwartier later liep ze met me mee naar de parking achter Blauwendael. Zogezegd voor de gezelligheid, maar eigenlijk om te zien of ik wel degelijk met de auto was gekomen. ‘Doe Maria mijn groeten,’ zei ze.
‘Dat zal niet voor direct zijn. Van alles te doen. Je zal me moeten missen tot Kerstmis.’
‘Jaja, eerst zien en dan geloven. Als ge haar ziet, zeg haar dan dat die deux-piècesjes de perfecte keuze waren.’
‘Wat bedoel je?’
Ze was al weg.

(wordt vervolgd)

 

Deel dit bericht

Reageer hier